Jeroen Smit schreef het voorwoord bij Loonshots, de lovend ontvangen bestseller van Safi Bahcall over hoe je structurele innovatie in bedrijven kan kweken.
Stel, je bent een leider. Je bent een leider en je bent ervan overtuigd dat er aan de horizon iets gebeurt dat het bestaansrecht van jouw werk, jouw organisatie ernstig in gevaar zal brengen. Er hangt duidelijk iets groots in de lucht, laten we het een ontwrichtende ontwikkeling noemen. Het kan met het internet te maken hebben, een app of nieuw platform, waardoor de wijze waarop aanbod en vraag bij elkaar komen compleet verandert. Misschien gaat het over de onvermijdelijke robotisering van activiteiten waardoor de prijs van jouw diensten wordt gedecimeerd. Of misschien komt het wel door ingrijpende klimaatverandering of door oplopende spanningen omdat het verschil tussen arm en rijk op steeds meer plekken in de wereld te groot dreigt te worden.
Het kan van alles zijn. Maar als er niets gebeurt is het einde van jouw organisatie in zicht. Als leider voel je je natuurlijk verantwoordelijk. Je neemt je voor niet de dingen te denken die gewone mensen in dit soort situaties vaak denken. Geconfronteerd met ingrijpende veranderingen denken zij al snel: het zal mijn tijd wel duren. Nee, jij bent een leider, je voelt je verantwoordelijk en denkt in mogelijkheden.
Out of the box-denken is het eerste wat in je opkomt. Maar als je dat hardop zegt klinkt het veel te braaf. Je hebt ergens gelezen over het belang van opwindende Big Hairy Audacious Goals. Zoiets dus, maar zelfs bijna onbereikbare doelen zijn niet genoeg. Waarschijnlijk moet het roer helemaal om, moet je compleet andere producten gaan maken en helemaal nieuwe, nog niet bestaande markten gaan bedienen. Voorzichtig begin je te fantaseren over radicale vernieuwingen, zo radicaal dat je nauwelijks een idee hebt waar je moet beginnen. Je snakt ernaar de toekomst te verkennen zonder te worden begrensd door de kennis van dit moment. De opwinding groeit.
En dan kijk je om je heen. Omdat je vooral angstige en bezorgde gezichten van collega’s ziet als je hierover begint, besluit je dat eerst deze in zichzelf gekeerde genoegzame cultuur, die gebaseerd is op decennia van historische successen, op de schop moet. Je ziet opeens hoe jouw collega’s vooral bezig zijn met de vraag hoe ze zonder al te veel risico’s hogerop kunnen komen. Allemaal getalenteerde mensen die alleen maar bezig zijn met overleven. Dodelijk.
Je wil een cultuur waarin mensen niet meer bang zijn voor morgen. Eentje waarin het nieuwe, het onverwachte, nieuwsgierig wordt verwelkomd. Dat is nodig. Alleen in driftig omgeploegde aarde kan nieuw zaad ontkiemen. Je kent je klassiekers. ‘Culture eats strategy for breakfast’, stelde managementgoeroe Peter Drucker lang geleden al. Je vraagt je af hoe je de cultuur zo kan veranderen dat er naar ‘idioot ambitieuze ideeën’ wordt geluisterd, echt wordt geluisterd, dat er iets mee wordt gedaan. Waar vinden mensen de moed en de middelen om daar onvermoeibaar, teleurstelling op teleurstelling incasserend, hun tanden in te zetten? Ho, stop: dit is het moment om het werk van Safi Bahcall te bestuderen.
Bahcall is biotechondernemer maar vooral, net als zijn ouders, tot in zijn vezels, een natuurkundige. Hij heeft niet veel met zoiets ongrijpbaars als ‘cultuur’. Daar zijn bovendien al boekenkasten vol over geschreven. Bahcall is geïnteresseerd hoe het kan dat innovatieve organisaties op een gegeven moment veranderen in conservatieve bolwerken, terwijl er nog exact dezelfde mensen werken. Het gaat lang niet altijd om de poppetjes. En hij vergelijkt dit met andere systemen, bijvoorbeeld met wat er gebeurt op het moment dat water in ijs verandert, of met hoe auto’s op de snelweg opeens een file veroorzaken.
Voor Bahcall ontsnappen menselijke systemen niet aan natuurkundige wetten. Voor hem is gedrag grotendeels voorspelbaar en daarmee gedeeltelijk te sturen. Hij denkt in systemen. Dat klinkt angstaanjagender dan het is. Sterker nog: omdat het volgens hem bij het creëren van de juiste mentaliteit meer over structuur dan over cultuur gaat, maakt Bahcall de weg naar ‘idioot ambitieuze ideeën’ begaanbaar. Dit alles is wat jij als leider wil.
Gestaafd door indrukwekkende voorbeelden uit de Amerikaanse geschiedenis, laat hij bijvoorbeeld zien dat in groepen van meer dan 150 mensen de politieke overlevingsinstincten leidend worden. Hij stelt formules op die helpen om dit omslagpunt te verleggen. Een voorbeeld: hoe groter de salarisverhoging na een promotie, hoe kleiner de kans dat jouw mensen voor grote nieuwe inzichten gaan zorgen. Bahcalls benadering vraagt om een enorm uithoudingsvermogen en een niet aflatende blik op een verre horizon waar van alles mogelijk is. Een onderzoekende houding die in veel organisaties, vooral beursgenoteerde bedrijven, helaas al lang verleden tijd is.
Vergaderingen over de toekomst worden te vaak gedomineerd door de beperkte werkelijkheid van bedrijfskundigen, economen en juristen. Overwegend angstige rekenmeesters die werkelijk denken dat geld verdienen het overheersende doel moet zijn.
Waar staat de fantasie van de wetenschapper, ondernemer of uitvinder nog prominent op de agenda? Bahcall roept met zijn boek op de verbeelding aan het roer te zetten. Onze denkkracht te richten op het overwinnen van ziektes en het oplossen van het klimaatprobleem, om maar wat te noemen. Hij heeft gelijk.
Safi Bahcall is summa cum laude afgestudeerd in natuurkunde aan Harvard, gepromoveerd aan Stanford en UC Berkeley en heeft een beursgenoteerd biotechbedrijf opgericht dat nieuwe medicijnen tegen kanker ontwikkelt. Hij was ook wetenschapsadviseur voor president Barack Obama. Bahcall wordt regelmatig gevraagd als keynote speaker voor bedrijven en organisaties.
Fotocredit: Gonzaga Gómez-Cortázar